Blijf je bij de les #3 ? ;-)

Blijf je bij de les #3 ? ;-)

Les #3

Vacht

Klik op deze film om te kijken naar het schilderen van haren (en ogen).

Een vacht bestaat bij sommige honden uit meerdere lagen haar, ondervacht, bovenvacht, kort of lang haar, glad of gekruld, zacht of stug. Vaak bestaat de vacht, de haren zelf, ook nog uit verschillende tinten. Een paard heeft veelal een glad fluweelachtig velletje in de zomer en lang haar in de winter. Je kunt met lichtere tinten verf beginnen  en van daaruit de donkerdere partijen invullen of eroverheen aan te brengen.  Maar andersom kan ook, want begin je met een donkere ondergrond dan kan je de lichtere haren eroverheen leggen. Met een donkere ondergrond, krijg je gemakkelijk diepte in je vacht. Je bouwt bij een vacht lagen op om een realistisch effect te krijgen.

Volg de richting van de haargroei en de anatomie zodat je meteen meer vorm creëert en het platte vlak zijn bollingen krijgt.  Als je de haren niet in de goede richting tekent, zal de tekening niet realistisch worden. Leer goed te kijken naar het dier of het plaatje dat je gebruikt om te schilderen. Kennis van anatomie is een aanrader. Kijk op internet of in boeken waar de botten, gewrichten en spieren lopen. Onder de huid, zitten andere structuren die de vorm geven aan het dier. De kapstok waar de jas aan is opgehangen 🙂

Let op de vormen, de donkere en lichte partijen, waar komt het licht vandaan en de kleur. Het is echt het leren kijken, leren zien. Het contrast van donker en licht laat je schilderij leven. De vorm, schaduwtinten en hooglichten geven je schilderij  vorm en diepte.

Paarden hebben over het algemeen een fluweelachtige vacht in de zomer. In de winter krijgen ze langer haar, een wintervacht om ze te beschermen tegen kou, regen en wind. Bij ieder ras is dit verschillend, sommige rassen hebben echt veel langer haar dan anderen. Kijk maar eens naar foto’s van de wat grovere koudbloedige rassen zoals Tinkers of Fjorden, zij hebben een wollige lange vacht in de winter. Rassen als de Fries en de Tinker hebben ook nog eens veel ‘behang’, lange dikke manen en staart. Arabische paarden (warmbloedigen) hebben vaak een veel dunnere huid en vacht, zowel op het lichaam als de verdere beharing. Zij zijn veelal minder aangepast aan ruwe weersomstandigheden. In de voorbeeldfilm zie je het werken aan een Tinker (Irisch Cob).

Probeer niet iedere haar afzonderlijk te tekenen of schilderen, dat geeft een onnatuurlijk effect.

Geef de suggestie dat het dier een vacht heeft door de verf aan te brengen met de kwast in een strijkende beweging met de vorm mee en verzacht het met je kwast of de vingers zodat je een soort overloop krijgt van de vorige laag naar de nieuwe laag. Later kan je voor de details wat haren hierin aanbrengen. Schilder je iedere haar afzonderlijk, dan lijkt het al snel een borstel.